Sonny Boy
Januari 2011
Sonny Boy is het ongelofelijke, waargebeurde verhaal van de liefde tussen de Surinaamse Waldemar en de veel oudere Nederlandse Rika, in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw. De film is niet subtiel, maar wel effectief.
Dat het werk van Annejet van der Zijl nog eens verfilmd zou worden, zat erin.
Annejet schetst het milieu van haar hoofdpersonen zo levendig dat je als lezer moeiteloos in haar boeken opgaat. Biografieën als romans zijn het, die gewoon uitnodigen tot een bewerking. Eerst was daar Annie M.G., de televisieserie van Dana Nechushtan. Toen volgde het nieuws dat familiefilmmaker Maria Peters Sonny Boy zou regisseren. Literair Nederland was er in het begin niet gerust op.
Bij de openingsscène kan direct worden vastgesteld dat de film in ieder geval even sfeervol is als het boek. Een Surinaams jongetje speelt met vriendjes in de rivier...
De aankleding is piekfijn in orde en de sfeer komt goed over.
Vooral de volwassen acteurs zijn uitstekend gecast.
Als Rika (Ricky Koole) ontdekt dat haar man (Marcel Hensema) vreemdgaat, verhuist ze met haar vier kinderen van Zeeland naar Den Haag. Daar wordt ze verliefd op kostganger Waldemar (Sergio Hasselbaink). Door de ogen van Waldemar is Nederland een naargeestig, racistisch land. 'Zwarte Piet!' roept een joch in de tram. 'Da's geen echte', sist zijn moeder. De relatie tussen een getrouwde Nederlandse en een zeventien jaar jongere Surinamer stuit in de jaren dertig op weerstand en afkeuring. Hun zoon Waldy, die al snel de bijnaam Sonny Boy krijgt, kost Rika zelfs het contact met haar andere kinderen. En dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Rika en Waldemar nemen onderduikers op in hun pension, maar lijken niet voldoende te beseffen welk gevaar ze daardoor lopen.
De dramatiek in Sonny Boy wordt stevig aangezet. Dat is soms jammer, want het verhaal is immers al dramatisch genoeg. Toch is het geen afgezwakte versie van het boek geworden. Daarvoor is het spel te goed, de regie te doeltreffend en de art direction te sterk. Peters heeft opnieuw gedaan waar ze goed in is: een effectieve film voor een groot publiek maken.
“When there are grey skies, I don’t mind the grey skies.
You make them blue, Sonny boy.”
Rika en Waldemar kijken betoverd naar het bioscoopscherm.
Het liedje uit The Singing Fool lijkt voor hen te zijn gemaakt.
Ze hebben alleen zichzelf en elkaar om het hoofd boven water te houden.
Dat het werk van Annejet van der Zijl nog eens verfilmd zou worden, zat erin.
Annejet schetst het milieu van haar hoofdpersonen zo levendig dat je als lezer moeiteloos in haar boeken opgaat. Biografieën als romans zijn het, die gewoon uitnodigen tot een bewerking. Eerst was daar Annie M.G., de televisieserie van Dana Nechushtan. Toen volgde het nieuws dat familiefilmmaker Maria Peters Sonny Boy zou regisseren. Literair Nederland was er in het begin niet gerust op.
Bij de openingsscène kan direct worden vastgesteld dat de film in ieder geval even sfeervol is als het boek. Een Surinaams jongetje speelt met vriendjes in de rivier...
De aankleding is piekfijn in orde en de sfeer komt goed over.
Vooral de volwassen acteurs zijn uitstekend gecast.
Als Rika (Ricky Koole) ontdekt dat haar man (Marcel Hensema) vreemdgaat, verhuist ze met haar vier kinderen van Zeeland naar Den Haag. Daar wordt ze verliefd op kostganger Waldemar (Sergio Hasselbaink). Door de ogen van Waldemar is Nederland een naargeestig, racistisch land. 'Zwarte Piet!' roept een joch in de tram. 'Da's geen echte', sist zijn moeder. De relatie tussen een getrouwde Nederlandse en een zeventien jaar jongere Surinamer stuit in de jaren dertig op weerstand en afkeuring. Hun zoon Waldy, die al snel de bijnaam Sonny Boy krijgt, kost Rika zelfs het contact met haar andere kinderen. En dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Rika en Waldemar nemen onderduikers op in hun pension, maar lijken niet voldoende te beseffen welk gevaar ze daardoor lopen.
De dramatiek in Sonny Boy wordt stevig aangezet. Dat is soms jammer, want het verhaal is immers al dramatisch genoeg. Toch is het geen afgezwakte versie van het boek geworden. Daarvoor is het spel te goed, de regie te doeltreffend en de art direction te sterk. Peters heeft opnieuw gedaan waar ze goed in is: een effectieve film voor een groot publiek maken.
Recensie Sonny Boy
“When there are grey skies, I don’t mind the grey skies.
You make them blue, Sonny boy.”
Rika en Waldemar kijken betoverd naar het bioscoopscherm.
Het liedje uit The Singing Fool lijkt voor hen te zijn gemaakt.
Ze hebben alleen zichzelf en elkaar om het hoofd boven water te houden.
Sonny Boy begint in de jaren ’20, wanneer Waldemar (Sergio Hasselbaink) vanuit Suriname naar Nederland vertrekt. Als zwarte wordt hij met de nek aangekeken, maar dat weerhoudt hem er niet van om hard door te studeren en een carrière op te bouwen. Hij vindt onderdak bij Rika (Ricky Koole), die net is weggegaan bij haar overspelige man en nu met vier kinderen de eindjes aan elkaar probeert te knopen. Rika en Waldemar moeten allebei in een isolement een nieuwe toekomst opbouwen en lijken alleen aan elkaar steun te hebben.
Rika wordt zwanger, tot grote woede van haar man (ze is nog niet gescheiden), die alles op alles zet om de kinderen bij haar weg te krijgen. Waldemar en Rika blijven achter met hun pasgeboren zoontje Waldy ‘Sonny Boy’. Ze proberen er het beste van te maken, maar met de opkomst van het nazisme wordt de situatie nog moeilijker.
Er is veel aandacht besteed om dit waargebeurde verhaal, gebaseerd op het boek van Annejet van der Zijl, zo overtuigend mogelijk in beeld te brengen. Het Nederland van de jaren ’30 en ’40 wordt fraai verbeeld met gedetailleerde kostuums en decors. En hoewel Sergio Hasselbaink als Waldemar wel erg goed Nederlands spreekt voor een net geëmigreerde Surinamer, heeft Sonny Boy over het algemeen een overtuigende cast.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten